Geen 'one-size-fits-all' aanpak indoor farming
Fieldlab Vertical Farming, gestart in 2020 met Fase 1, is inmiddels Fase 2 ingegaan. Een belangrijke fase, waarin het Nederlandse tuinbouwcluster internationaal moet gaan doorbreken om een positie op te bouwen op het gebied van indoor farming. Het is ook de fase waarin er een nieuwe voucher-regeling komt waarmee telers bedragen van € 5.000 tot € 50.000 aan subsidie kunnen krijgen om bij het fieldlab experimenten uit te voeren op het gebied van vertical farming.
Projectleider Douwe-Frits Broens is aangetrokken om de nieuwe fase van het project in goede banen te leiden. Hij kijkt met dankbaarheid terug op de eerste fase, die er vooral op was gericht om partijen bij elkaar te brengen. “En elkaar te vinden, te ontdekken en ervaringen op te doen. Dat heeft tot mooie dingen geleid. Nu is het tijd om die synergie verder te gebruiken en te zorgen dat de lessen die we geleerd hebben hun vruchten gaan afwerpen.”
Veel voordelen
Dat het daglichtloos telen in een gesloten, volledig geconditioneerde omgeving veel voordelen biedt is genoegzaam bekend. Het ruimtebeslag is minimaal en je kunt werken zonder chemische gewasbeschermingsmiddelen. Midden in de woestijn of in het hartje van een miljoenenstad? Vertical farming is in principe overal mogelijk. Met weinig transportbewegingen kun je in verstedelijkte gebieden volop vers en gezond voedsel aanbieden. Growy, één van de partners in het Fieldlab en gehuisvest in Amsterdam, is bijvoorbeeld al actief in zowel Koeweit als miljoenenstad Singapore.
Spannende wereld
De vooruitzichten voor deze manier van telen zijn dan ook veelbelovend, en dat trok volgens Broens allerlei partijen aan. “De wereld van vertical farming is een hele spannende wereld. Er gaan wereldwijd gigantische bedragen in om. Dat trok onder andere ook venture capital partijen aan. Die zijn vooral geïnteresseerd in intellectuele eigendomsrechten en waarde creëren voor hun aandeelhouders, en niet zo zeer in kennisdelen. En juist dat laatste is een uniek en onderscheidend element van het Nederlandse tuinbouwcluster. In de ‘triple helix’ – de driehoek overheid, bedrijven, onderwijs – zijn wij namelijk wél gewend om samen te werken, kennis uit te wisselen en samen te investeren. Omdat we op het gebied van vertical farming nog maar aan het begin van een enorm leertraject staan, ligt hier voor ons een grote kans. Menig internationaal bedrijf dat voor de muziek uit wilde lopen, heeft daarvoor fiks leergeld betaald. Partijen die nu instappen zijn daarom een stuk voorzichter. En kijken vooral naar kennis en ervaring. Juist daar komen wij in beeld. Het unieke Nederlandse model is namelijk dé sleutel om internationaal een positie op te bouwen in vertical farming.”
Economisch model
Ingenieur Coert Bregman was ruim twintig jaar teler en is sinds enkele jaren als bedrijfskundig onderzoeker verbonden aan Wageningen Economic Research. Hij is ook de man die voor het Fieldlab een economisch model voor vertical farming in elkaar heeft gezet. Daarin voer je een heleboel variabelen in – soort gewas, plantdichtheid, het aantal lagen waarin je wilt telen, maar ook de elektriciteitsprijs – en dan rolt er een overzichtelijk rapport uit. Bregman: ”Op basis daarvan kun je kijken of vertical farming voor jouw bedrijf rendabel is, maar ook waar de kantelpunten liggen en de bottom lines.” Nee, het model is nog niet 100 procent af, maar geeft volgens Bregman wel al een mooie indicatie. Het model wordt nu nog verder verfijnd, en op korte termijn wordt ook bekend hoe het beschikbaar komt. De verwachting is dat de bedrijven die als partner bij het Fieldlab zijn aangesloten de primeur zullen hebben, maar dat niet veel later ook telers ermee aan de slag kunnen gaan. Het onderwijs is een belangrijke poot onder het Fieldlab, en ook daar gaan er in de nieuwe fase zaken veranderen. Hogeschool Inholland was al vanaf het begin aangehaakt bij het Fieldlab, maar de organisatie streeft naar samenwerking met studenten van alle niveaus, dus uit mbo, hbo en wo. Projectleider
Broens verwacht een extra impuls van de bedrijven die straks van de voucherregeling gebruik gaan maken, en daarbij de hulp van studenten zullen inroepen.
Op de locaties van de partijen die bij het Fieldlab zijn aangesloten lopen momenteel talloze experimenten met vertical farming. Sla, aardbeien, fresia’s, uitgangsmateriaal en inmiddels ook hoge teelten, zoals komkommer. Het aantal gewassen dat in de gecontroleerde daglichtloze teelt wordt uitgeprobeerd neemt met de dag toe. En intussen zijn er ook al hybride vormen ontstaan, waarbij wordt gestart met daglichtloze gecontroleerde teelt en het proces in een gewone kas wordt vervolgd. Broens: ”Waarbij wij er steeds op blijven hameren dat gewas en teeltomstandigheden in de experimenten onderling worden afgestemd. Met één duidelijke reden: om ervan te leren. Want er bestaat geen ‘one-size-fits-all’ aanpak voor telen in een geconditioneerde omgeving. Lokale omstandigheden, de grootte van de cel, hoe de lampen hangen, de inrichting van de klimaatbeheersing, het aantal lagen... er zijn talloze variabelen. En dat is een belangrijk leerpunt uit fase 1 dat we in fase 2 gaan meenemen; kijken hoe je de teelt verder optimaliseert.”
STEUNPILAREN EN PARTNERS
Fieldlab Vertical Farming is een samenwerkingsverband van overheid, bedrijfsleven en onderwijs. Het verband heeft negen partners, te weten: Delphy, Greenport Horti Campus, Growy, Hogeschool Inholland, Logiqs, Own Greens, Signify, Vertify en Wageningen University & Research. Het initiatief wordt ondersteund door InnovationQuarter (de regionale ontwikkelingsmaatschappij voor Zuid-Holland), de provincie Zuid-Holland, Kansen voor West (het Programmamanagement voor West-Nederland dat Europese programma’s uitvoert voor de vier Randstadprovincies en de vier grootste steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht) en het wordt medegefinancierd door de Europese Unie.
Meer weten over de aankomende voucherregeling? Kijk op www.fieldlabverticalfarming.com. De rapportages van voorgaande fase zijn te vinden op www.fieldlabverticalfarming.nl.