Ondernemen

‘SOMS VERMOEIEND OM ALTIJD DIE DRIVE TE HEBBEN’

Ooit droomde hij ervan om de nieuwe Tiësto of Armin van Buuren te worden, maar uiteindelijk koos Stefan Slijkerman er toch voor om zijn vader achterna te gaan. Met een ongekende drang tot presteren stapte hij in de wereld van de kalanchoë. Want hoewel hij had geproefd van het leven als DJ, was het vooral de sierteelt die naar meer smaakte. “De tuinbouw is zo’n mooie brede sector. Hier kan ik al mijn creativiteit kwijt.”

Luister ook het interview met Stefan Slijkerman in KAS Live! terug:

Tekst: Jacco Strating
Fotografie: Lianne Torn-Boschman/Salted by Salt

Dat ene moment in groep 7 van de basisschool staat in zijn geheugen gegrift. De klas kreeg een rekentoets en Stefan had daar heel veel tijd voor nodig. “Ik was als een van de laatsten klaar. Op drie A4’tjes had ik alle sommen uitgeschreven. Ik wilde laten zien dat ik het beheerste, dus werkte ik alles volledig uit.” Links en rechts zag Stefan klasgenoten het lokaal uitlopen terwijl hij zelf nog bezig was. De maandag daarop kwam de juf de klas binnenlopen. Ze gooide haar tas neer en zei: ‘Ik heb jullie toetsen nagekeken en begrijp er niets van. Een half jaar lang leer ik jullie hoe je zulke sommen uitwerkt en ik zie daar niets van terug. Er is maar één iemand die het goed heeft gedaan.’ “Ik was niet de beste van de klas, ook niet de slechtste, maar wel altijd aanwezig. En toen zei ze opeens: ‘Stefan Slijkerman, jij hebt het als enige van de klas goed gedaan.’ Ja, ik glunderde echt van hier tot gunter. Dat moment heeft voor mij een basis gelegd voor mijn enorme drive en perfectionisme. Vanaf toen wilde ik altijd winnen, altijd de beste zijn en mijn passie delen met de buitenwereld. Dat is dáár ontstaan. Het voelt gewoon heel goed om de dingen perfect te doen.”

Dat perfectionisme heeft hem veel gebracht. Volgend jaar bestaat SlijkermanKalanchoë uit Heerhugowaard 80 jaar. Een bijzondere mijlpaal. “Mijn opa kocht hier een boerderij met een stuk grond. Hij begon met komkommers en tomaten, daarna volgden de potchrysanten. Mijn vader is daar in de jaren zeventig mee doorgegaan, begin jaren tachtig stapte hij over op kalanchoë. Het kweken van potchrysanten was te makkelijk geworden, dus iedereen deed het. Daarom koos mijn vader als een van de eersten voor kalanchoë.” In die tijd waren er maar vijf of zes kwekers in Nederland, dat groeide al snel uit naar 35 kwekers. “De ontwikkeling ging heel hard met nieuwe rassen en nieuwe teeltmethodes”, zegt Stefan. Zelf stapte hij in 2000 in de zaak, om het bedrijf in 2004 over te nemen van zijn ouders. “In die tijd was er veel concurrentie, maar je kon je ook makkelijk onderscheiden. Ik was de eerste kweker met een eigen hoes. Ik liet een ‘ton sur ton’ hoes ontwikkelen, want consumenten kopen een plant niet om de plant, maar om de kleur. Daarmee heb ik mijn plek in de markt gevonden. Ik was veel meer dan anderen bezig met de verkoop. Ik volgde de markt en keek vooral ook hoe dat met andere producten ging.”

55 kleuren
SlijkermanKalanchoë was ook met veredeling begonnen, dus draaide alles om kleuren, geeft Stefan aan. “Als ik in het weekend met mijn vrouw ging shoppen, hing ik alleen maar voor etalages van vrouwenkleding. Kleding loopt altijd een jaar voor op interieur. Daarom keek ik heel goed welke tinten gewild waren, zodat we daar snel op konden inspelen met onze veredeling.” Waar veel telers kiezen voor een basisassortiment, heeft SlijkermanKalanchoë op dit moment maar liefst 55 kleuren. “We willen ons onderscheiden door de juiste kleur bij de consument te krijgen. Die kleur moet passen bij de kussentjes en de kaarsjes. Dat maakt een huis een thuis en daar zoeken mensen een plant bij. Het kleurenpallet in onze veredeling omvat vrijwel elke kleur, zodat we aan alle wensen waar ook ter wereld kunnen voldoen.” Het is een voorbeeld van het perfectionisme dat Stefan steevast nastreeft. Al merkt hij nu ook dat het hebben van 55 kleuren niet per definitie meer geld oplevert. “Het heeft even geduurd voordat ik mijn ego opzij kon zetten, maar we gaan dat nu wel veranderen door meer te wisselen met onze lijnen en efficiënter te worden. Want nee, zo’n breed aanbod is gewoon niet winstgevend. De enige reden waarom wij het tóch rendabel krijgen, is omdat wij ons kunnen onderscheiden met ons topmerk Decorum.”

'ALS ONDERNEMER STA JE ALTIJD AAN. ER IS GEEN AAN- OF UITKNOP'

'Toen zag ik het licht'

Stefan had het nog een aantal jaren afgehouden voordat hij in 2006 in Decorum stapte. “Ik was druk met mijn eigen hoes en we gingen ons steeds meer onderscheiden met kleuren en een extreem lange houdbaarheid. We hebben daarvoor ons eigen Diamond-label ontwikkeld. Toen ik op een gegeven moment op een handelsmissie in Parijs was, zag ik mijn kleine hoekje op die tuincentrumtafel staan, maar daarnaast stonden nog wel twintig andere merken. Ik viel totaal niet op. Toen zag ik het licht pas: dit werkt niet, ik moet iets anders doen.” Die overtuiging werd nog eens bevestigd toen hij met één been in Decorum stond, maar ook zijn eigen label nog had. “Op een beurs stonden we met twee stands naast elkaar, waarop een inkoper aan mij vroeg wat nu de allerbeste kalanchoë was: die van Diamond of die Decorum. Daar kon ik geen antwoord op geven.” SlijkermanKalanchoë stopte per direct met het eigen Diamond-label en stapte volledig over naar het topmerk van Decorum. “Wij doen nu dertig tot veertig procent maximaal in Decorum, alleen de absolute top. Met Decorum kun je wél het verschil maken. Dan heb je niet een hoekje van een tuincentrumtafel, nee je hebt een hele tafel. Bovendien werk je samen met gelijkgestemden, ondernemers die het belang van Decorum boven hun eigen belang stellen. Dat is heel fijn en geeft veel vertrouwen, want je zorgt er samen voor dat het Decorum-merk alleen de allerbeste producten omvat.”

Drie segmenten

Decorum is volgens Stefan meer dan een marketingorganisatie. “We zijn een ondernemersvereniging geworden, waarbij we heel veel informatie uitwisselen en gezamenlijk heel veel inkopen. Daardoor kunnen we een heel breed assortiment op de juiste manier bij de juiste klanten krijgen. Ik wil gewoon dat die kleine bloemist tegenover de Aldi, Lidl en Albert Heijn zich kan onderscheiden. Met 55 ondernemers hebben we behoorlijke impact in die markt.” Maar om als Decorum succesvol te kunnen zijn, moeten telers wel hun ego opzij durven en kunnen zetten, geeft Stefan aan. “Zolang je nog steeds jouw eigen naam op de hoes wilt, gaat het nooit lukken. Het kwartje moet vallen, zoals dat bij mij ook is gebeurd daar in Parijs.” SlijkermanKalanchoë heeft weliswaar meerdere merken, maar wel in drie segmenten. “Ons topmerk is Decorum, daarnaast hebben we een hoogwaardig segment voor de retail en we hebben een budgetlijn voor het discountkanaal. Ik heb die b- en c-labels ook nodig om dat a-label te kunnen onderscheiden en sterk te maken. Dat moet je willen als ondernemer.”

Sinds vorig jaar biedt Decorum naast het volledige lidmaatschap ook de mogelijkheid voor topkwekers om als aanvoerder aan te haken. Daarmee hoopt het collectief de komende jaren verder te groeien. “Het geeft ons de mogelijkheid om nieuwe producten aan ons assortiment toe te voegen. We krijgen van alle kanten vraag naar producten die we nog niet hebben en willen daar graag aan voldoen. Daarnaast is het een kans voor telers om aan Decorum te wennen. Deelname is niet gratis en je eigen merk overboord gooien is best een grote stap. We proberen de drempel hiermee te verlagen.” Stefan prijst de fijndistributie bij Decorum. “Samen met Floriway hebben we een eigen verdeeldistributiecentrum bij Royal FloraHolland. Als kwekers kunnen we elke bestelling per tray op een kar zetten, Floriway sorteert en verdeelt het vervolgens. Daar halen we heel veel efficiëntie uit en het zorgt ervoor dat we ook die kleine bloemist, die rechtstreeks wil bestellen via een exporteur, kunnen bedienen met een enkele tray.”

Klappen opvangen

Daarnaast heeft een aantal Decorum-ondernemers onlangs het bedrijf ‘Mixed by Roots’ opgericht en zijn zij hiermee ook aangesloten bij het collectief. Met dit initiatief gaat Decorum producten in de mix aanbieden, maar worden ook andere labels in de markt gezet. Omdat Decorum er belang bij heeft dat er zoveel mogelijk Decorum-producten in de markt worden aangeboden, wordt dit initiatief breed ondersteund.

Kijkend naar de kalanchoë ziet Stefan de markt steeds kleiner worden. “Jaarlijks vallen er bijna 10.000 bloemisten af en de tuincentra worden steeds meer retailketens. Daardoor zie je ook verschuivingen in onze productgroep. Van die 35 gespecialiseerde kalanchoëkwekers zijn er nu nog maar 11 over in Nederland. Zij hebben bij elkaar wel bijna het dubbele areaal ten opzichte van vroeger. Van die 11 kwekers zijn er 5 ook veredelaar en richten 2 zich echt op die specialistische vakhandel met een uniek assortiment. Naast onze kwekerij in Heerhugowaard, produceren wij in Kenia stekken en zijn wij als veredelaar wereldwijd actief. Het bedrijf is te groot geworden om alles alleen te doen. Ik heb een heel breed middenkader van bijna 10 man en een MT van 4 man. Daarmee kun je wel klappen opvangen, zoals eerder dit jaar.”

Het was op zijn verjaardag in januari en het had geijzeld. “Dat wist ik niet, dus ik liep naar buiten en gleed onderuit met mijn gladde schoenen. Daarbij brak ik mijn been op vijf plekken en ook nog gecompliceerd.” Stefan lag bijna vijf weken in het ziekenhuis, zat drie maanden in een rolstoel en was daardoor langdurig uitgeschakeld. “Dan besef je toch wel hoe belangrijk het is je bedrijfsvoering goed geregeld te hebben met een krachtig MT om je heen.” En dat voor iemand die het liefst bij alles zelf betrokken is. “Ja, ik ben té perfectionistisch en té gedreven, dat kan soms echt wel minder. Soms is het ook best vermoeiend om altijd die drive te hebben. Die gaat niet uit, dat zit in je. Maar ik heb die kick ook wel nodig. Inmiddels heb ik een team om mij heen met diezelfde drive. Daar heb ik heel wat jaren aan gewerkt. Nu komt die drive ook vanuit de collega’s en niet alleen bij mijzelf vandaan. Daardoor hoef ik niet meer te pushen, maar komt het uit henzelf.”

Loslaten en overdragen
Want het streven naar perfectie en de beste zijn is nog altijd onverminderd. “Het voelt gewoon heel goed om alles perfect te willen doen.” Stefan groeide op in de kleine kwekerij van zijn ouders en maakte het bedrijf met zijn team groot. “Als ondernemer was ik met alle facetten bezig. Van teelt tot techniek, van bemesting tot klimaatsturing, van P&O tot verkoop en van inkoop tot IT. Dat kan nu niet meer, zoveel dingen zelf doen en perfect doen. Dus ik moet dingen loslaten en overdragen en dat gaat steeds beter. Ik heb inmiddels heel veel mensen om mij heen die deze dingen ook gewoon veel beter kunnen dan ik.”

Zijn vader was ook al heel innovatief en creatief, geeft Stefan aan. “Hij kon heel goed rendement maken en efficiënt omgaan met de ruimte op de kwekerij. Mijn moeder hielp met de verkoop en begon met toegevoegde waarde. Ze ging op beurzen staan met potjes en mandjes. Dat was heel nieuw voor die tijd.” Zijn twee zussen hadden geen interesse in de tuinbouw, dus leek Stefan de aangewezen persoon om het familiebedrijf over te nemen. “Ik zag dat ik hier al mijn creativiteit kwijt kon. Ik vond teelt fantastisch, was gek van techniek, commercie vond ik leuk.” Toch leek het er even op dat hij een andere afslag nam. “Ik ben vroeger altijd DJ geweest, heb op podia gestaan. Ik vond het heerlijk om op dat voetstuk te staan en mijn passie voor muziek uit te dragen. Ik zag in 2005 Tiësto in het Gelredome staan. Toen ik zijn passie zag en zijn energie voelde, dacht ik: dat wil ik ook!” De maandag en dinsdag erna nam hij vrij van zijn werk, kocht hij twee cd-spelers en een mixer en ging hij alleen maar plaatjes draaien. “Ik heb daar echt vol gas op gegeven en wilde alleen nog maar DJ worden. Ik heb in clubs gestaan, op festivals, het hele verhaal.” Maar toen kwam de realiteit dat hij ook een bedrijf had dat gerund moest worden. “Om echt professioneel DJ te worden, moet je heel veel laten. Dat kun je niet combineren met een eigen bedrijf. Dus heb ik toch voor de kalanchoës gekozen.”

wilde meer gaan reizen

En dat was zeker geen tweede keuze, zo benadrukt Stefan. “De tuinbouw is zo’n mooie brede sector. Grote kwekerijen hebben tegenwoordig een eigen IT-afdeling, backoffice, noem maar op. Er zijn maar weinig sectoren waar je zo uit het kantoor het productieproces instapt. Bovendien zag ik heel veel kansen.” In 2007 zette hij een grote stap met 2,5 hectare nieuwbouw, die volledig werd geautomatiseerd. “Ik heb veel bij collega’s gekeken en ben naar Amerika geweest. De verkoop van planten via webshops was daar toen al heel normaal. Ik heb heel gefocust gekeken hoe dat allemaal in zijn werk ging en heb die kennis meegenomen naar huis.”

De hele wereld over
Maar toen alles na de verbouwing draaide, raakte hij toch weer een beetje verveeld. “Ik besefte me dat ik nog niets van de wereld had gezien. We hadden een mooi eigen assortiment in de veredeling en wilde gaan reizen om daar meer mee te doen.” De afgelopen jaren vloog Stefan de hele wereld over. Zo ontdekte hij de enorme potentie van Brazilië, waar zijn bedrijf inmiddels marktleider is. En in Kenia werd gestart met een kwekerij voor stekmateriaal. “Ik zit nu iedere vier weken in het vliegtuig en dat reizen levert het bedrijf niet alleen veel op, het geeft mij ook heel veel rust. Het moment dat ik door de douane stap op Schiphol ben ik een ander persoon. Dan heb je pas tijd om echt in jezelf te gaan en alles even los te laten.”

Dance en Trance

Stefan geniet van zijn werk, maar ook van het leven samen met zijn vriendin en twee zoons van 10 en 1,5 jaar oud. “Ik heb een heel mooi gezin, waar een jong kind bij is gekomen. Dat zorgt weer voor een hele andere dynamiek thuis.” Een scheiding tussen werk en privé is er niet. “Als je besluit om één telefoon te nemen, dan loopt alles door elkaar heen. Ik raad het niemand aan, maar als ondernemer sta je altijd aan. Er is geen aan- of uitknop. Dat is niet erg, zolang je zelf de rustmomenten kunt vinden om weer op te laden en in staat bent om te doseren. Ik hou van festivals, van dance en trance muziek. Die muziek is voor mij altijd een manier geweest om mijn lichaam te resetten. Een avond naar Armin van Buuren luisteren is voor mij een uitlaatklep. Die 138 MPB doet wat met mij. Als ik een dag op DanceValley heb gestaan, kan ik daar maanden op teren. En gelukkig heb ik op mijn leeftijd ook nog steeds vrienden die het fantastische vinden om erheen te gaan en mijn vriendin houdt er ook van.”

Uitbreidingsplannen

Door voldoende energie op te doen, wil Stefan de komende jaren blijven doorgroeien, ambitieus als hij is. Zo heeft hij inmiddels een volledig snijkalanchoë-sortiment en staat er volgend jaar weer nieuwbouw van 1,5 hectare op het programma, waarmee het bedrijf groeit naar 6,5 hectare in totaal. “Die uitbreidingsplannen had ik al langer, maar met het huidige MT kan daar ook echt invulling aan worden gegeven. Want hoewel mijn doelgroep steeds kleiner wordt, krijgen we wel steeds meer vraag dan we kunnen leveren. En ‘nee’ verkopen, dat wil ik niet.”

Deel dit artikel
Terug naar artikelen